Congenitale hypothyreoïdie (CH)

Bij congenitale hypothyreoïdie heb je bij geboorte al te weinig schildklierhormoon in je bloed. Meestal ligt het probleem bij de schildklier zelf. Omdat je schildklier niet is aangelegd, niet goed is aangelegd of op een afwijkende plek ligt, óf omdat je schildklier geen hormoon kan aanmaken (dyshormonogenese). We noemen dat congenitale hypothyreoïdie van thyreoïdale origine of CH-T.

Je kunt ook een tekort aan schildklierhormoon hebben omdat je hypothalamus of hypofyse niet goed werkt en de schildklier niet goed wordt aangestuurd. We noemen dit congenitale hypothyreoïdie van centrale origine of CH-C. Dit is het geval bij ongeveer 10% van de pasgeborenen met congenitale hypothyreoïdie. Soms heeft een pasgeborene te weinig schildklierhormoon vanwege stoffen die in de baarmoeder van moeder aan kind zijn doorgegeven. Omdat de moeder bijvoorbeeld schildklier onderdrukkende medicijnen gebruikt, een schildklierziekte heeft of een teveel of tekort aan jodium heeft. Deze vorm van CH wordt ook wel passagère CH genoemd of voorbijgaande CH.

Zoekresultaten voor "Congenitale hypothyreoïdie (CH)" op de Cyberpoli

Schildklier