Veelgestelde vraag
Welke oogafwijkingen kunnen in de kinderjaren optreden?

Detail zien en contrastgevoeligheid: Alle kinderen ontwikkelen tijdens de eerste jaren het vermogen om detail te zien, maar bij kinderen met Downsyndroom blijft dit achter. De contrastgevoeligheid bepaalt hoe goed je dingen die niet dezelfde lichtsterkte hebben van elkaar kunt onderscheiden. De contrastgevoeligheid bepaalt ook hoe goed je details kunt zien. Ook dit vermogen is bij kinderen met Downsyndroom iets minder. Zelfs als andere problemen zijn gecorrigeerd, zoals scheelzien of verziendheid, dan nog is het vermogen om detail en contrast te zien iets verminderd.
Visuscorrectie door een bril: Veel kinderen met Downsyndroom hebben een visusprobleem (bijziend of verziend) en hebben een bril nodig (tot wel 70%). Omdat de aanpassingen die de ogen in de eerste tijd na geboorte moeten maken anders verlopen, kan zowel bij- als verziendheid ontstaan. De ooglens kan van sterkte veranderen door boller te worden, waardoor we van dichtbij zowel als van veraf scherp kunnen zien. Dit bijstellen van de ooglens noemen we accommoderen. Kinderen met Downsyndroom kunnen bijvoorbeeld bij lichte vormen van verziendheid niet goed accommoderen om zo de verziendheid op te heffen, i.t.t. kinderen zonder Downsyndroom. Een vroege controle door een oogarts en/of orthoptist en het eventueel aanmeten van een bril is dan ook van belang.

Ook interessant