Afwijkingen aan de schildklier

Een goed werkende schildklier maakt dag en nacht precies genoeg schildklierhormoon aan. Ook wordt er precies genoeg opgeslagen en afgegeven. Maar de schildklier werkt niet altijd goed. Als er bijvoorbeeld iets is misgegaan bij de ontwikkeling en afdaling van de schildklier, of met de aanmaak of afgifte van schildklierhormoon. De schildklier kan ook verkeerd worden aangestuurd door je hersenen.

Afwijkende werking

Als de schildklier niet goed werkt kun je de verkeerde hoeveelheid schildklierhormoon krijgen. Als de schildklier te langzaam werkt spreken we van hypothyreoïdie. Werkt de schildklier te hard, dan spreken we van hyperthyreoïdie.

Afwijkende grootte

Er kan ook iets mis zijn met de groei van je schildklier. Als de hele schildklier groter is dan normaal spreken we van struma, als alleen een klein deel te hard groeit krijg je een knobbel of nodus.

Aangeboren of verworven

Een schildklierprobleem kun je al bij de geboorte hebben, maar kan ook in de jaren daarna ontstaan. Als je een schildklierprobleem al bij de geboorte hebt, heet dat een aangeboren of congenitale schildklieraandoening. Dit kan komen door een foutje in de embryonale ontwikkeling. Als de problemen later ontstaan spreken we van een verworven schildklieraandoening. Dit kan komen door schade aan de schildklier, meestal door een auto-immuunreactie en soms door bestraling.

Schildklieraandoeningen opsporen

Als de werking van je schildklier verandert, merk je daar niet altijd wat van. Het kan soms heel geleidelijk gaan. Je kunt ook juist veel klachten hebben, en merken dat er duidelijk iets mis is. Als je schildklier helemaal of gedeeltelijk vergroot is, is dat soms moeilijk te zien. Er moet dan onderzoek worden gedaan naar de opbouw en de grootte van de schildklier, en of de schildklier goed werkt. Je leest hier meer over in het hoofdstuk diagnostiek.

Schilklieraandoeningen:

Te trage schildklierwerking (hypothyreoïdie): Te snelle schildklierwerking (hyperthyreoïdie): Afwijkende groottte schildklier: