Veelgestelde vraag
Welke erfelijke stollingsafwijkingen geven een grotere kans op trombose?

Als je een erfelijke stollingsafwijking hebt, waarbij je bloed sneller stolt dan normaal, heb je een grotere kans op trombose. Dit wordt trombofilie genoemd. Dat komt doordat je te veel (actieve) stollingsfactoren aanmaakt of doordat je bloedstolling niet genoeg wordt afgeremd.

Er zijn verschillende erfelijke stollingsafwijkingen bekend:
  • Factor V Leiden;
  • Factor II-mutatie (protrombinemutatie);
  • Antitrombine-deficiëntie;
  • Proteïne C-deficiëntie;
  • Proteïne S-deficiëntie.
Hoe groot de kans op trombose is, verschilt per afwijking. De kans dat je trombose krijgt als kind is erg klein, ook als je een stollingsafwijking hebt.

Ook interessant