Ernst van astma

Bij de ernst van astma wordt gekeken naar de mate waarop de klachten onder controle te krijgen zijn. Als de behandeling goed aanslaat, er in het dagelijks leven nauwelijks klachten en weinig aanvallen zijn, spreek je van goed behandelbaar astma. Ook de longfunctie is dan verbeterd. Aan de andere kant heb je moeilijk behandelbaar astma en therapieresistent astma.

Bij deze vormen van astma zijn de klachten niet onder controle te krijgen en zijn er nog steeds veel aanvallen die niet te stoppen zijn met medicijnen. Maar de ernst varieert; er is een hele schaal aan gradaties, en een kind zal niet altijd in dezelfde schaal zitten. In de loop der jaren, bijvoorbeeld onder invloed van de puberteit, kan er geschoven worden naar andere schalen.

Als je langere tijd astmamedicijnen gebruikt, kun je daar ook klachten van krijgen.

Lengtegroei

De lengtegroei van een kind wordt door vele factoren bepaald en beïnvloed. Zo is het genetisch vastgelegd hoe groot je kunt worden, dit wordt bepaald door de lengte van je biologische ouders. Bij de voorspelde eindlengte wordt gebruikgemaakt van een marge van 13 cm. Dit betekent dat de groei tot 7,5 cm korter of 7,5 cm langer uit kan vallen. Of de voorspelde eindlengte behaald wordt hangt af van veel factoren. Voeding, psychosociale omstandigheden en diverse hormonen zijn bijvoorbeeld van invloed. Als die optimaal zijn en het kind is gezond, dan wordt de voorspelde eindlengte meestal wel gehaald. Maar als een kind ziek is kan dit een negatieve invloed hebben op de groei. Als je veel last hebt van astma vraagt dat meer energie van je lichaam. Deze energie haal je uit je voeding, waardoor niet alle voedingsstoffen benut kunnen worden voor de groei. Bij ernstig astma is die negatieve invloed groter dan bij mildere vormen van astma.

Effect van medicijnen op de lengtegroei

Welk effect heeft het gebruik van medicijnen op de lengtegroei? Er is veel onderzoek gedaan naar de bijwerkingen van inhalatiecorticosteroïden. Maar de lengtegroei kan dus ook beïnvloed worden door de ziekte zelf. Het werkelijke effect van inhalatiecorticosteroïden is daardoor best moeilijk te beoordelen. Inhalatiecorticosteroïden kunnen de groei van een kind negatief beïnvloeden. Of dat ook daadwerkelijk gebeurt, hangt af van meerdere factoren, zoals de totale dosering per dag, de inhalatietechniek, de soort corticosteroïd en de gevoeligheid van de patiënt ervoor. Al deze factoren zijn bepalend voor de hoeveelheid corticosteroïd die uiteindelijk in de bloedbaan en dus ook bij organen en orgaansystemen terechtkomt. Ieder kind zal dus op zijn eigen manier reageren op deze medicatie. Uit onderzoek blijkt dat in de eerste fase na de start met inhalatiecorticosteroïden de groeisnelheid tijdelijk afneemt maar uiteindelijk toch weer bijtrekt. Een negatief effect op de eindlengte lijkt er bij de onderzochte kinderen uiteindelijk niet te zijn. Heel soms duurt de afname van de groeisnelheid langer. Gebruik van inhalatiecorticosteroïden geeft bij kinderen geen verandering in de botdichtheid. Lengtegroei bij kinderen met astma is belangrijk om in de gaten te houden. Het kan wat zeggen over de mate waarin de klachten onder controle zijn én over het effect van inhalatiecorticosteroïden.

Vertraagde puberteit

Sommige kinderen met astma komen later in de puberteit. Waardoor dit komt, is nog niet goed duidelijk.

Kinderen met astma hebben ook vaak eczeem, rhinitis, allergie en atopie. Bekend is dat de aanleg hiervoor op genen van hetzelfde chromosoom liggen en dat de afweer er eveneens bij betrokken is.

Eczeem

Eczeem is een chronische, jeukende ontsteking van de huid. Het komt vaak in wisselende mate voor, vlamt op en trekt weer weg, maar is meestal wel chronisch aanwezig. Er bestaan vele soorten eczeem. Wij gaan het hebben over het atopische eczeem, ook wel constitutioneel eczeem, dat bij zuigelingen dauwworm wordt genoemd. Dauwworm komt voornamelijk op de volgende plekken voor: het gezicht (met uitsparing van mond en neusgebied), de strekzijde van de ellebogen en knieën en op de romp (met uitsparing van het luiergebied). Vanaf de peuterleeftijd verschijnt het eczeem rond de oogleden, in de nek, achter de oren en in de knieholten en elleboogsplooien.

De huidontsteking bij atopisch eczeem ontstaat door Th-2-cellen. Als je in aanraking komt met een bepaald allergeen, maken Th-2-cellen namelijk cytokinen (signaalstoffen) aan die de aanmaak van IgE stimuleren. Ook worden bepaalde witte bloedcellen (eosinofiele granulocyten) naar de huid gestuurd door de cytokinen. Deze cellen laten op hun beurt weer stoffen los die zorgen voor de plaatselijke ontstekingsreacties. De ontstekingen in de huid jeuken vaak erg, een vervelend gevoel waardoor je letterlijk en figuurlijk ‘niet lekker in je vel zit’ en waardoor je soms slecht slaapt. Ook kan ernstig eczeem bij kinderen leiden tot vertraging van de groei. Een opvlamming van dit type eczeem kan uitgelokt worden door veel factoren, zoals poezen- of hondenharen, emoties, verandering in temperatuur, voedsel (ongeveer 10%) enz. Ook genetische factoren lijken een belangrijke rol te spelen.

Rhinitis en conjunctivitis

Rhinitis is een ontsteking van het neusslijmvlies. Bij allergische rhinitis ontstaat de ontsteking in reactie op een allergische prikkel. Je kunt dan last hebben van een loopneus, niezen, neusverstopping, geprikkelde keel, verstopte oren, hoesten en hoofdpijn. Daardoor voel je je lamlendig en moe en het kan de slaap verstoren. Kortom heel veel vervelende klachten, die de kwaliteit van leven en de schoolprestaties flink kunnen beïnvloeden. Allergische rhinitis wordt veroorzaakt door immuunglobuline E, een stof die aangemaakt wordt door het afweersysteem als het lichaam in contact komt met een allergeen.

Conjunctivitis is een ontsteking van het bindvlies van de ogen. Bij allergische conjunctivitis krijg je rode jeukende ogen die ontstaan nadat je in aanraking bent gekomen met een allergeen. Allergische conjunctivitis en rhinitis komen vaak tegelijkertijd voor.

Allergie

Het woord allergie wordt vaak en gemakkelijk gebruikt, maar wat is het nou eigenlijk. De letterlijke vertaling is ‘een toestand van overgevoeligheid voor bepaalde stoffen’. Hier wordt mee bedoeld dat je afweersysteem heel heftig reageert op bepaalde stoffen. Maar deze heftige reactie geeft juist ‘schade’ aan het eigen lichaam, zoals benauwdheid of rhinitis. Allergie ontstaat door de stof immuunglobuline E (IgE), de allergie is dan IgE-gemedieerd. Dit gaat als volgt in zijn werk: als het afweersysteem in aanraking komt met lichaamsvreemde stoffen (allergenen zoals huisstofmijt of pollen) maakt het aanvalsstoffen (antilichamen) van IgE. Het afweersysteem onthoudt dit en kan bij een volgende blootstelling aan het allergeen heel snel reageren en de aanvalsstoffen er direct op afsturen. Op zich een goede reactie als het een beetje zou zijn. Maar doordat de reactie veel te heftig is worden er veel te veel aanvalsstoffen op pad gestuurd en ondervindt je eigen lichaam er schade van, dit is allergie. Als het lichaam IgE aanmaakt zonder dat je er klachten van krijgt dan heet dat sensibilisatie, je bent dus als het ware gevoelig gemaakt.

Atopie

Met atopie wordt bedoeld dat je aanleg hebt om na blootstelling aan een kleine hoeveelheid allergeen, bijvoorbeeld het kort aaien van een poes, al IgE aan te maken. Deze reactie ontstaat als volgt: door vaker of langer aan een allergeen blootgesteld te worden kan je lichaam, door deze aanleg, IgE aanmaken tegen de eiwitten waaruit de poezenharen of het poezenspeeksel bestaan. Dit IgE hecht zich aan bepaalde witte bloedcellen. Bij een volgend contact met een poes kunnen dan heel snel klachten ontstaan, doordat het IgE de haartjes herkent en de witte bloedcellen aanzet tot een reactie. Bij deze reactie komen er allerlei stoffen in het bloed vrij die een allergische ontsteking veroorzaken; zoals niezen, een loopneus, jeuk in je ogen, hoesten en piepen of jeuk aan je huid en dergelijke. Deze aanleg komt vaak bij meerdere gezinsleden voor, omdat atopie overerfbaar is.